Instellingen

Alle instellingen zijn te vinden onder menu Gereedschap Instellingen.

De meeste instellingen zijn gebruikersspecifiek, ze worden opgeslagen in de programma-administratie.
Daarnaast zijn er enkele stamboom-specifieke instellingen die in het stamboombestand worden opgeslagen.

Stamboom

Deze instellingen verschillen van de andere instellingen doordat ze stamboomspecifiek zijn en worden daarom in het stamboombestand opgeslagen.

TitelDe tekst die bovenaan elke HTML pagina van de rapportage wordt weergegeven (optioneel)
StamboommapDe map voor alle bestanden behorende bij een specifieke stamboom, zie voor een uitgebreide uitleg pagina Mappen en bestanden

Gedrag

Scherm

ATM kan worden uitgevoerd in 3 talen:

  • Engels
  • Nederlands
  • Duits

Wisselen tussen de talen kan zonder dat ATM opnieuw moet worden opgestart.

Lettertype en lettergrootte kan naar eigen smaak worden ingesteld.

ATM ondersteunt 2 verschillende schermindelingen, zoals wordt uitgelegd op pagina Hoofdvenster.

De volgorde van de datumdelen bepaalt hoe datums binnen het programma worden gepresenteerd en geïnterpreteerd. Dit is vooral relevant voor de datuminvoervelden.

Als een invoerveld de focus krijgt zijn er 2 mogelijkheden:

  • De inhoud van het veld wordt geselecteerd, de cursor staat achter de inhoud
  • De cursor staat achter de inhoud indien het veld geselecteerd is via de Enter toets, de Tab toets of Shift Tab,
    de cursor staat op de plaats van de muis bij selecteren met de linkermuisknop

Het selecteren van een ouder, zodat deze in het hoofdvenster wordt getoond, kan naar keuze met een enkele of een dubbele klik:

De opties 'Automatisch aanvullen van invoervelden' en 'Bewerking op de statusbalk tonen' worden besproken bij Gegevensinvoer.

Bij het ontkoppelen van materiaal kan een melding getoond worden over de nieuwe locatie van het materiaal.

Persoon overleden beschouwen

Deze instelling wordt gebruikt:

  • Bij de gegevenscontrole
  • Bij het groepsgewijs markeren van personen als overleden
  • Om te bepalen of een persoon gepubliceerd mag worden in de rapportage

De instelling kan ook worden aangepast bij het groepsgewijs markeren van personen als overleden.

Bestandsconventies voor materiaal

De voorkeurstaal voor de materiaalbestandsnamen kan afzonderlijk van de taal voor ATM en de rapporten worden opgegeven.

Beschikbare talen:

  • Engels
  • Nederlands
  • Duits

Je kunt opgeven of het patroniem al dan niet in de bestandsnaam moet worden opgenomen. Als een persoon wel een patroniem maar geen achternaam heeft, wordt het patroniem altijd gebruikt.

Diversen

De hoofdmap wordt besproken op pagina Mappen en bestanden. Hier kan worden aangegeven of je gebruik wilt maken van de hoofdmap.

Het laatst geopende stamboombestand kan automatisch worden geladen, indien gewenst. Als een bestand echter expliciet wordt meegegeven als opstart-argument, heeft dit voorrang op het laatst geopende stamboombestand.

Om gegevensverlies te voorkomen kan er een wekker worden gezet die waarschuwt dat het tijd wordt om de gegevens op te slaan. Het interval is instelbaar.

Snelkoppelingen

Snelkoppelingen kunnen naar eigen inzicht worden gewijzigd, verwijderd of aangemaakt. Klikken op een item toont een venster waarop de gewenste instelling kan worden gespecificeerd.

Kleuren

Meldingen op de statusbalk die automatisch na 10 seconden verdwijnen vallen beter op met een achtergrondkleur.

In overzichtstabellen valt een fout beter op door gebruik van een afwijkende kleur. Het is dan ook aan te bevelen om hiervoor altijd een andere kleur te kiezen dan voor de verwanten van de referentiepersoon, zie hieronder.

Als er een referentiepersoon is ingesteld worden de voorouders en broers/zusters van deze persoon (en de broers/zusters van de voorouders van de referentiepersoon) met afwijkende kleuren aangegeven. Deze kleuren kunnen naar eigen smaak worden aangepast.