Back-up

Om te voorkomen dat gegevens verloren gaan is het aan te raden om regelmatig een back-up te maken. Maak deze back-up bij voorkeur naar een externe harddisk of naar een USB-stick.

Met de functie Bestand Back-up maken kan een back-up worden gemaakt van 1 of meer bestanden. De functie is actief als een stamboom geopend is en de laatste wijzigingen zijn opgeslaagen.


Voor het opslaan van de back-up dient een lege map te worden geselecteerd. Dit voorkomt dat gegevens van verschillende momenten (die niet bij elkaar passen) gezamenlijk worden opgeslagen.

Back-up terugzetten

Het terugzetten van de bestanden van de back-up dient handmatig te gebeuren.

Een complete back-up van stamboom Klaassen zal de volgende inhoud hebben:


Klaassen de stamboommap
Klaassen.atm het stamboombestand

Bij het opstarten van ATM worden enkele systeemgegevens gelogd die met de LogViewer te bekijken zijn:



De volgende regel is relevant m.b.t. het terugzetten van de back-up:

  • Hoofdmap: [thuismap van gebruiker]/Documents/AncestorTreeManager

Op Windows is dit meestal:

  • C:\Users\[gebruiker]\Documents\AncestorTreeManager

Op Linux en macOs is dit meestal:

  • /home/[gebruiker]/Documents/AncestorTreeManager

De indeling van de hoofdmap is beschreven in Mappen en bestanden.

Kopieer het stamboombestand naar de map [thuismap van gebruiker]/Documents/AncestorTreeManager/Data.

Kopieer de stamboommap naar de map [thuismap van gebruiker]/Documents/AncestorTreeManager.

Start ten slotte ATM en controleer of alles in orde is.